[Blog Christine] Wordt 2019 mijn boterham met pindakaas?

Hallo allemaal! Eerst voor jullie natuurlijk de beste wensen voor 2019. Dat het maar een mooi, gezond en creatief jaar mag worden en veel geluk en wijsheid mag brengen. Dat hoop ik niet alleen voor jullie, maar ook voor mezelf. Want 2019 wordt een spannend jaar voor mij.
 

 
Ik ben heel trots dat ik sinds enige tijd alleen nog maar kinderboekenschrijver ben. Tuurlijk, ik schrijf al tien jaar kinderboeken, maar tot voor kort had ik daarnaast altijd een vaste baan in de journalistiek. Daarmee verdiende ik mijn boterham en het schrijven van kinderboeken deed ik daarnaast. Voor mijn plezier.
 
Nu denken veel kinderen dat je van het schrijven van boeken heel rijk wordt, zeker als je een succesvolle serie schrijft als de Gouden Paarden-serie. Regelmatig krijg ik berichtjes van kinderen die ervan dromen om ook schrijver te worden.

 

Werkelijkheid

Helaas ziet de werkelijkheid er voor veel schrijvers heel wat minder rooskleurig uit. Het is heel hard werken om een boek te schrijven en zeker als het je eerste boek is, moet je nog maar zien of je een uitgever kunt vinden die je boek wil uitgeven. En als je die dan gevonden hebt, dan is het nog maar afwachten of er een markt is voor je boek en of veel mensen je boek willen kopen. Daarnaast hangen je inkomsten af van de afspraken die je hebt gemaakt met je uitgever.
 
En het valt lang niet altijd mee. Kortgeleden stond er een artikel in het NRC over wat schrijvers verdienen. Daarin werd bekend gemaakt dat 0,7 (!) procent van alle schrijvers een minimuminkomen verdienen met het schrijven van boeken. En een minimuminkomen, daar kun je in Nederland maar net van rondkomen. Dat zijn geen dikke boterhammen met pindakaas, maar een heel dun boterhammetje met alleen een beetje boter. En dat is dus niet eens één procent van al die mensen die hun best doen om een boek te schrijven!
 
Sterker nog, in het artikel stond ook dat negentig procent van de schrijvers tussen de 0 en 1.000 euro per jaar verdient. Echt waar! Dat is niet eens een boterham. Het is niet eens een droge cracker. Die mensen kunnen dus zeker niet rondkomen van wat het schrijven hen oplevert. Het is hoogstens een extra zakcentje, naast je baan.
 

Hier werk ik altijd hard aan mijn verhalen en boeken.

 

Weg vaste baan

En dat heb ik dus jaren gedaan. Ik had het geluk dat de Gouden Paarden-serie een succes werd en dat ik Kluitman vond als uitgever, maar ik durfde er mijn baan toch niet voor op te zeggen. Een vaste baan biedt zekerheid, dacht ik altijd, en boeken schrijven niet. Want wat als je een boek schrijft dat geen uitgever wil uitgeven? Dan verdien je helemaal niets.

 
Een nadeel was echter wel dat mijn werkgever een paar keer verhuisde. Ik begon bij hem in een kantoor dat redelijk dicht bij huis was, maar uiteindelijk zat het kantoor helemaal aan de andere kant van Nederland. Ik ging steeds minder vaak naar kantoor en werkte vooral vanuit huis, maar uiteindelijk besloten mijn werkgever en ik dat het woon-werkverkeer niet meer te doen was en dat we er maar beter een punt achter konden zetten. En sindsdien zit ik thuis. Natuurlijk probeerde ik wel om weer een baan te krijgen, dichter bij huis, maar ik had daarnaast heerlijk veel tijd om kinderboeken te schrijven.

 
Ik schreef daardoor niet alleen een boek in de Gouden Paarden-serie, ‘De heimwee van Faxi’, maar ook een historische jeugdroman, ‘Het geheim van de Ravenhorst’, dat begin vorig jaar uitkwam. Daarna schreef ik ‘Vidar wil dansen’ in de Gouden Paardenserie. Maar ik begon ook aan een nieuwe historische jeugdroman, want daar stonden ze bij Kluitman wel voor open toen bleek dat ‘Het geheim van de Ravenhorst’ best behoorlijk succesvol was. Het was zo leuk om eindelijk ruim de tijd te hebben om dingen te doen waar ik al zo lang van droomde. Ik verveelde me geen moment en begon langzaam te denken over niet meer teruggaan naar een vaste baan en alleen nog maar kinderboeken te schrijven.

 

 

Villa Dierenparadijs

Toen Kluitman mij vroeg of ik na wilde denken over een nieuwe serie voor kinderen vanaf acht jaar over dieren, hoefde ik niet lang na te denken. Ik ben dol op allerlei dieren, heus niet alleen op paarden, dus het leek me geweldig om dergelijke boeken te schrijven en ging er meteen mee aan de slag. Ik vond het echt te gek om een heel nieuwe serie te bedenken en daar in het eerste boek een basis voor te leggen. En ook om er een dosis humor in te verwerken, want dat had ik ook nog nooit eerder gedaan. Bovendien komen er in deze boeken prachtige illustraties, die door Melanie Broekhoven worden gemaakt. Ook leuk, want ik had ook nog nooit een boek geschreven waarin behalve op de cover ook gekleurde illustraties in het binnenwerk kwamen.

 
De nieuwe serie gaat over de tweeling Mees en Merel Vos en hun ouders winnen een supergrote geldprijs in de loterij. Ze kopen een boerderij in een dorp, waar hun vader zijn eigen dierenartspraktijk begint en hun moeder een een dierenopvang en –asiel opent. En in elk boek beleeft de tweeling een spannend avontuur. De serie gaat Villa Dierenparadijs heten en het eerste boek heet ‘Een gezellige beestenboel’. Dat eerste boek komt komend voorjaar uit. Het tweede is ook al geschreven en komt als het goed is komende zomer uit.

 

Geheim project

En natuurlijk werk ik weer hard aan weer een nieuw paardenboek voor in de Gouden Paarden-serie. Het boek is inmiddels half af en ik denk dat het weer een bijzonder verhaal wordt. Het ligt in elk geval weer dicht bij mijn eigen ervaringen en ik heb inmiddels wel geleerd dat kinderen die boeken graag lezen. Daarnaast schrijf ik op dit moment ook nog paardenverhalen voor een project dat ik nu nog even geheim houd, maar waar ik hopelijk binnenkort meer over kan vertellen en dat zal ik dan zeker doen.

 
Kortom, ik heb het voorlopig nog druk, druk, druk, maar ik vind het helemaal niet erg. Ik geniet ervan met volle teugen en nu hoop ik maar dat iedereen net zo van mijn boeken geniet als ik van het schrijven, dan komt het met mij helemaal goed. Niet alleen omdat ik zo ontzettend blij ben met al jullie altijd zo positieve berichten, maar ook omdat ik dan alleen maar kinderboekenschrijver kan blijven en niet terug hoef naar een vaste baan.

 
Dus, fingers crossed! Ik hoop dat 2019 mij een boterham oplevert – en dan nog het liefst één met wat pindakaas.

Advertentie

2 reacties op “[Blog Christine] Wordt 2019 mijn boterham met pindakaas?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *